- Nora
- Norah
- Norbart
- Norbert
- Norbertus
- norbertijn
- norbertijnenklooster
- Norde
- Norden
- Norder
- Nordholt
- Nordin
- Nordkamp
- Nori
- noria
- norm
- Norma
- normaal
- normaalschool
- normafwijkend
- normalisatie
- normaliseer
- normaliseren
- normalisering
- normalist
- normaliste
- normaliteit
- Norman
- Normandisch
- normatief
- normeer
- normeren
- normering
- normgevend
- normloos
- nors
- norsheid
- Nortan
- Nortier
- nortonbuis
- nortonpomp